Vraag het eens aan mensen in de ‘waterstof wereld’ en ze zullen het beamen, de interesse in waterstof lijkt de laatste tijd wat af te nemen. Zo worden er in het buitenland waterstof tankstations gesloten en worden er taxi projecten gestaakt. En ook in Nederland worden bijvoorbeeld investeringen in de import en productie van waterstof uitgesteld.Wat is er aan de hand? Kenners noemen vaak de ‘hype cyclus’ als verklaring. Maar wat is dat, de hype cyclus? We zochten het uit.

Je kent misschien nog wel het ‘innovatie en adoptiemodel’ van Rogers uit de marketing lessen. In dit model zijn vijf groepen te zien die een product of dienst kopen of gedrag aannemen gedurende een bepaalde periode en daarmee een voorbeeldrol vervullen voor de volgende groep. Het model wordt veel gebruikt in de marketing, bij het lanceren van een nieuw product of een nieuwe dienst. Het model is ook toepasbaar in de (verander)communicatie, bijvoorbeeld als het gaat om het aannemen van nieuw gedrag binnen een organisatie of een ander sociaal systeem. Van innovators die iets als eerste omarmen, gaat het dan via early adopters, early majority, late majority naar uiteindelijk de laggards:

Gartner hype cycle

De Gartner hype cyclus is een soortgelijk model om de volwassenheid, acceptatie en sociale toepassing van specifieke technologieën weer te geven. Het model is ontwikkeld door het Amerikaanse Gartner. De hype cyclus is een grafische en conceptuele weergave van de volwassenheid van opkomende technologieën door middel van vijf fasen.

Vijf fasen

Elke hype cyclus bestaat uit 5 fases:

  1. Technologie trigger
    Een potentiële technologische doorbraak zet de boel in gang. Vroege proof-of-conceptverhalen en media-aandacht zorgen voor aanzienlijke publiciteit. Vaak bestaan ​​er geen bruikbare producten en is de commerciële levensvatbaarheid onbewezen.
  2. Hoogtepunt van opgeblazen verwachtingen
    Vroege publiciteit levert een aantal succesverhalen op, vaak vergezeld door tientallen mislukkingen. Sommige bedrijven ondernemen actie, de meeste niet.
  3. Trog van desillusie
    De interesse neemt af naarmate experimenten en implementaties niet slagen. Producenten van de technologie schudden het af of falen. Investeringen gaan alleen door als de overgebleven aanbieders hun producten verbeteren tot tevredenheid van de early adopters.
  4. Helling van verlichting
    Er beginnen meer voorbeelden van de voordelen van de technologie te kristalliseren en worden breder begrepen. Producten van de tweede en derde generatie verschijnen van technologieproviders. Meer ondernemingen financieren pilots; conservatieve bedrijven blijven voorzichtig.
  5. Plateau van productiviteit
    De mainstream-adoptie begint op gang te komen. Criteria voor het beoordelen van de levensvatbaarheid van de aanbieder zijn duidelijker gedefinieerd. De brede markttoepassing en relevantie van de technologie werpen duidelijk hun vruchten af. Als de technologie meer dan een nichemarkt heeft, zal deze blijven groeien.
Haarlemmerolie

De vertaling naar de waterstof laat zich eenvoudig maken. Een jaar of 5 geleden was waterstof sterk in opkomst en leek soms wel de ‘Haarlemmerolie‘ voor alle energietransitie problemen. Op menige bijeenkomt werden gouden bergen en geweldige vergezichten voorgeschoteld aan de toehoorders. Zo zouden er duizenden vrachtwagens gebouwd en geleverd gaan worden (wat achteraf slechts MOU bleek te zijn) en zou Nederland binnen mum van tijd volstaan met waterstof bussen, treinen, auto’s en tankstations. Maar waar blijven ze toch?

A little less conversation

Langzaamaan werd de roep om van ‘praat’ naar ‘daad te komen luider en luider. Op de Hydrogen Summit van 3 jaar geleden, werd zelfs nog ‘a little less conversation’. van Elvis Presley aangehaald om het probleem te schetsen. Nu, een aantal jaar verder, kunnen we wel zeggen dat we in de ‘trog van desillusie’ zijn aangeland. Waterstof bedrijven hebben het zwaarder dan voorgaande jaren en bedrijven zijn zich aan het herbezinnen op de inzet van waterstof. Ook gaat de transitie traag en worden projecten, zoals de waterstof import terminals en waterstof productie fabrieken, uitgesteld. En demo projecten worden gestaakt zodra de subsidie ten einde loopt.

Niet het einde van een hype

Is dit dan het einde van de hype? We denken van wel. Hiermee zeggen we dus niet dat waterstof ten dode is opgeschreven, in tegendeel. Maar enige realiteitszin is wel noodzakelijk gebleken. Dit betekent dus niet dat waterstof dient te worden afgeschreven. Maar wel om te gaan herbezinnen waar waterstof nu en in de toekomst een waardevolle toevoeging kan zijn voor de energietransitie en waar niet. En dat is iets waar je als bedrijf nu al mee moet beginnen. Want als je daarmee in de hype curve de ‘helling van verlichting’ kan opgaan, ben je in ieder geval op tijd om klaar te zijn voor de laatste stap in de curve en daadwerkelijk met waterstof aan de gang te gaan. Maar alleen waar het nuttig is. Want waterstof is geen doel op zich, maar een middel om te komen tot verduurzaming.


Bron: Wikipedia
Figuren: Vvdberg at Dutch Wikipedia, CC BY-SA 3.0 http://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0/, via Wikimedia Commons, Jeremykemp at English Wikipedia, CC BY-SA 3.0 https://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0, via Wikimedia Commons en Olga Tarkovskiy, CC BY-SA 3.0 https://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0, via Wikimedia Commons

Categorieën: Beleid

1 reactie

Martin van Gijn · 30 juli 2024 op 21:11

Waterstof is een ideale brandstof. Maar de meeste vergeten dat het eerst gemaakt moet worden. Elektrische energie en dan pas waterstof. Het energie verlies is heel groot. Zo’n 75 procent. Oftewel, alleen om te zetten met windmolens of zonnecellen. Dus voor een elektrische auto gooi je in vergelijking eerst 75% van de stroom weg. En dan ga je verder met 25% waterstof. Waarom niet de accu vullen met stroom.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *